Afbeelding
Adriaan de Haas
Nieuws uit de natuurtuin

Puttertjes

8 november 2021 om 10:15 Column

Op een zonnige middag zat ik op een bankje in de natuurtuin. Ik mijmerde wat over de herfst en de naderende winter. Opeens streek er voor me een hele zwerm puttertjes neer. ,,Haas’’, zei ik in stilte tegen mezelf, ,,muisstil blijven zitten. Anders vliegen ze weer weg.’’ Ik raak altijd wat opgewonden bij het zien van wilde vogels. Dan valt stilzitten niet mee. Toch gaat het me met het klimmen der jaren steeds beter af. Misschien omdat ik nu minder energie heb dan vroeger. Ik zat te genieten van die prachtige vogeltjes. Rode kopjes, gele vleugels, grappige hoekige snaveltjes. Ze waren uit die rode beuk langs de zuidrand tevoorschijn gekomen. Nu zaten ze op de distels, de wilde peen en de kaardebollen. Zaadjes eten. Ze heten daarom ook distelvinken.  Dat vind ik niet leuk, een dier noemen naar wat hij eet. We noemen een zeehond ook niet visvreter en een koe niet grasmaler. Ik hou het bij puttertje. Veel beter. Ik schatte dat het er ongeveer 20 waren. Het lukte me niet ze te tellen. Daarvoor bewogen ze te veel. Net voetballers. Die bewegen ook steeds. Het lukt me ook nooit om te tellen hoeveel spelers er in het veld lopen. De puttertjes wisselden steeds van plek.  En ondertussen maar tegen elkaar fluiten. Hoewel, fluiten? Eigenlijk meer zachtjes schreeuwen. Wel gemoedelijk. 

Er is een schilderij ‘Het puttertje’, van Carel Fabritius. Dat hangt in het Mauritshuis. Er is een boek van Donna Tart over dat schilderij. Daar ben ik er wel nieuwsgierig naar. Maar ik heb het nog niet te pakken gekregen. Ik haal mijn boeken meestal uit zo’n minibiebje langs de straat. Maar mijn vaste boekenleverancier is gestopt, voordat ik dat boek vond. Terug naar dat schilderij. Het puttertje op dat schilderij is met een klein kettinkje vastgebonden. Vroeger hield men ze gevangen in kooitjes en leerde ze trucjes. Zo moesten ze zelf met een klein emmertje hun drinkwater omhoog halen uit een bakje naast de kooi. Vandaar de naam ‘puttertje’. Een herinnering aan hun gevangenschap. Ook niet zo’n fijne naam dus. Moeilijk, moeilijk, fatsoenlijke naamgeving.

Opeens veel lawaai en weg waren de puttertjes. Even later kwam een schoolklas de tuin in. ,,Hoi meneer’’, riepen een paar kinderen. ,,Hallo jongens. Zijn jullie met school op pad?’’ ,,Ja meneer, we doen een speurtocht.’’ ,,Wat leuk. Van welke school zijn jullie?’’ ,,De Gabriëlschool.’’ ‘Oh, die ken ik niet. Is die in Ermelo?’’ ,,Nee meneer, in Putten.’’ Nou, dat was ook toevallig. Nog een zwerm Puttertjes. 

Adriaan de Haas

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie