Afbeelding
Column Jack Hage Sr.

Relativeren...

2 juli 2021 om 11:39 Column

Ja ik weet het...Ik ben wel eens een bromsnor. Mijn kinderen zeggen dan: ‘ouwe bromsnor’. Dat heeft te maken met het feit dat ik als columnist en ook als secretaris van NederlandBeter de politieke wantoestanden binnen onze landsgrenzen in de gaten moet houden, dus ook bekritiseer waar nodig. Politieke oelewappers met hun bestuursorganen en rare kronkels blijf ik aanspreken op hun gedrag. Soms kan ik het zelfs ‘misdragingen’ noemen. Laat ik vandaag - die wantoestanden van kleine en grote overheden eens loslaten. Terug naar ‘ikkie’ de bromsnor. Eerst maar eens naar mijn leeftijd. En dan naar de ‘bromsnor’ en het ontstaan van een bijnaam. Enfin beste lezers ...vandaag dus een column met best wel- diepgaande overdenkingen... Of een eerbetoon? Wie weet... Relativeren van zaken is goed en kan een mens rust geven in zijn of haar ingewikkelde breintje. En geloof me- die is soms ingewikkeld.

Ik vraag me wel eens af, ben ik al oud? Ik ben pas 57. Ik vond mijn opa pas oud. Die geweldige hardwerkende man werd ‘maar’ 101. Je zou er bijna een knipoog aan toevoegen. Maar emoticons poppetjes passen niet in een column. Al mijn grootouders werden oud. Allen geboren in 1899 en begin 1900. We mochten ze lang bij ons hebben. Mijn pa werd maar 42. Veel te jong foetsie dus. Ik zie mijn opa en oma nog huilen aan zijn graf. “Was ik maar gegaan” jawel- dat waren de woorden van mijn opa. Het was in het jaar 1980. Ik was zestien toen mijn vader ging hemelen. Dat zijn zaken waar wij niet over gaan. Ik heb het leven wel eens Russische roulette genoemd. Als jonge jongen zag ik mijn Pa als een sterke kerel, een kapitein die goed was voor zijn bemanning aan boord en alles aan kon. Schipper naast God, zo zag ik mijn vader. Zo noemde ik hem ook. Het was een begrepen wederzijdse humor. Toch gaan zulke zaken in een familie - of bij jezelf- je de rest van je leven wel anders naar dingen laten kijken. We relativeren dus meer dan dat we zelf weten. Snapt u wel?

Toen ik tweeënveertig werd vond ik dat raar. Ik moest er veel aan denken. Je gaat namelijk je pa overleven. Mijn zus had dat gevoel ook. En natuurlijk voel ik het verschil met twintig jaar geleden. Zeker op het werk. Maar ik moet gewoon mijn bedrijfje runnen. Schrijven levert geen geld op. Dat u dat maar weet. Tóch voel ik me af en toe twintig. Misschien komt dat omdat ik veel met jonge meiden en jonge jongens mag samenwerken? Ik heb geen idee...

Toen ik als beroeps militair in het leger werkte kreeg ik de bijnaam ‘Snorro’ van mijn maten.

Ik heb nog steeds een snor. Ook op de bouw of elders is die naam standaard geworden in mijn leven. Ik geniet er van. Veelal moet ik horen dat een snor niet meer past in deze tijd en ouderwets is. Het zal me een worst zijn...En weet u waarom? Mijn pa had een snor. Die gaat er dus nooit af! Misschien begrijpt u mij?

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie